Seingeving buurt-of lokaalspoorwegen

Toen in 1844 de Deventerse Kamer van Koophandel keek of er vraag  bij een spoorlijn naar Deventer over de Veluwe naar Hengelo te laten aftakken,wist men niet dat het gewone spoorwegnet zo groot zo worden als wat het ooit geweest is. Vooral daarom koos men voor bediening van een lokaalspoor.
Deze bediening stond in de buitenlucht of op stations weleens onderdak.

De grotere lokaalspoorlijnen kregen (later) wel bediening met seinhuizen.

Een typisch voorbeeld van de groei van lokaalspoorlijn tot de huidige Intercitylijn met internationale verbindingen en lokale spoorwegen is Twente.

Museumbuurtspoorwegen is een overblijfsel wat nog nagenoeg in de stijl is van de oude buurtspoorwegen.
Dit item gaat over seingeving bij de buurtspoorwegen.

Seinhendels station Boekelo

Met seinhendels konden allerlei seinen worden bediend van hoofd- tot zelfs vertakkingsseinen.

In de bekendere seinhuizen stonden ook seinhendels, maar die waren iets minder weerbestendig en dergelijke dan de seinen in het seinhuis.
Deze seinhendels stonden meestal in de buitenlucht en werden bij lokale- ook wel buurtspoorwegen in dienst.

Vaak stonden ze in de buitenlucht, maar soms zat er ook wel iets van bebouwing omheen.

Begin juni 2021 zijn er 3 nieuwe chefs trein bij MuseumBuurtSpoorwegen. Zowel collega's, geslaagdepersoneel, donateurs (hartelijk) gefeliciteerd met het behalen van het diploma en heel veel succes in jullie functie bij Museum Buurtspoorwegen.